Zenuwslopend. De spelers en de vele meegereisde supporters van The Dukes hadden het niet meer. De halve finale in de strijd om het Nederlands kampioenschap, afgelopen zaterdag uit bij Haagsche, was ongeschikt voor hartpatiënten. De thuisploeg won in een kolkende ambiance met een miniem verschil: 22-16.
Vooraf had de selectie onder leiding van trainer-coach Andy Egonu keihard getraind om zowel in technisch als tactisch opzicht de laatste puntjes op de i te zetten. Immers de Hagenezen waren licht favoriet, mede dankzij het thuisvoordeel. Na aankomst in het Haagse sportpark voltrok zich in de kleedkamer een bijzonder tafereel. Teamleider Jessica van den Bosch en clubvoorzitter Robert van Schaijk reikten met veel egards de wedstrijdshirts uit, één voor één, wat telkens gepaard ging met luide instemming.
Egonu op zijn beurt liet zich evenmin onbetuigd door met name de ‘brotherhood’ te onderstrepen: “Jullie hebben nu al historie geschreven. Met de nodige passie en teamgeest hebben we kans. De druk ligt bij de tegenstander, daar moeten we van profiteren.” Ondertussen was het duel van de espoirs van The Dukes, die tegen de beloften van Haagsche om een finaleplek in de Future-klasse speelden, in volle gang. Dat gevecht eindigde overigens in een nipte 17-11 in het voordeel van de talenten uit de residentiestad.
Voor aanvang van het treffen tussen de twee hoofdmachten was er een minuut stilte ter nagedachtenis aan de overleden arbiter Sjoerd Wartena. Hierna brandde de strijd los. De ouverture verliep echter niet volgens plan. Ondanks alle goede voornemens keken de bezoekers al na enkele minuten tegen een 7-0 achterstand aan.
Amper een minuut later deed Mason Porteous iets terug door een penalty te verzilveren. In de daaropvolgende fase benutte de gastheer liefst drie penalty’s, wat een 16-3 tussenstand opleverde. “Boys reset, let’s go!”, scandeerden de uitsupporters op de tribune. Toeval of niet, maar tegen het einde van het eerste bedrijf begon The Dukes in zekere zin te domineren. De inspanningen hadden een fraaie try van captain Dylan Robinson tot gevolg. Doordat Porteous de conversie op de juiste waarde wist in te schatten, kwam de ruststand uit op 16-10.
Kort na de pauze kickten beide teams opnieuw een penalty tussen de palen. Porteous, die even later z’n kunstje nogmaals demonstreerde, kreeg halverwege de tweede helft tweemaal de kans op de ‘gelijkmaker’. Helaas voor The Dukes gingen de pogingen in rook op. Duidelijk was wel dat de alsmaar sterker wordende Bossche formatie bloed rook. Vijf minuten voor tijd zorgde de vijfde rake Haagse penalty voor de definitieve dolksteek. “Het leek soms wel schaken met al die penalty’s”, reageerde Niel Otto na afloop. “De tries waren schaars. De verdediging stond aan weerszijden als een huis. We hebben in ieder geval onze huid zo duur mogelijk verkocht. We hebben werkelijk álles gegeven.”
Aan de zijde van The Dukes werd Sione Fangaiuiha vanwege zijn nimmer aflatende inzet tot man of the match uitverkoren. “We hebben een paar keer een verkeerde keuze gemaakt; dat heeft ons wellicht genekt. Bij een wedstrijd tussen twee teams die niet of nauwelijks voor elkaar onderdoen, zijn het de kleine dingen die doorslaggevend zijn. Ja, misschien was Haagsche ook net iets slimmer”, ventileerde Mees Voets. “Nu is het even flink balen dat we de finale op een haartje hebben gemist. Maar al bij al hebben we een prachtig seizoen gedraaid”, concludeerde Thijmen Arts. “Als dit team bij elkaar blijft, en die mogelijkheid is aanwezig, kunnen we verder bouwen. Dan is het zeker niet ondenkbaar dat we in de nabije toekomst die felbegeerde finaleplaats wél gaan bemachtigen.”
Op tweede pinksterdag vindt in Amsterdam de eindstrijd plaats tussen Haagsche en RRC uit Rotterdam.