Vorige week kon je een mooi artikel lezen over de rugbycarrière van Gerard Viguurs. Aanleiding was het Jeugd WK in 1997 dat gespeeld werd in Chili. De DigiDukes-redactie had daarover ook contact met Joos van den Eerenbeemt, die als tweede Dukesspeler actief was op dat toernooi. Hij schreef ons daarna over zijn eigen belevenissen als rugbyer:
Hoe het begon
Als kind wonend op zo’n 1.000 meter van het mooist gelegen rugbyveld van Nederland en als klasgenoot een schot met rugbybloed in de aderen, koos ik als 8-jarige voor rugby. Rugbyclub The Dukes. Een familieclub. Ik werd er warm opgevangen en voelde me er meteen thuis. En dat is nooit veranderd. En ik ben Paul Curran nog altijd dankbaar voor de introductie….
Gedeukt ego
Rugby was een spelletje voor me, waar ik met plezier aan deed. Ik ging met veel plezier naar de club en genoot van de trainingen. Rugby was ‘mijn ding’, maar zonder al te veel ambitie.
Dat veranderde in toen ik niet mee werd gevraagd door mijn trainer naar een selectiedag voor Jong Oranje. Wat?? Hoezo niet? Voor het eerst, waarschijnlijk vooral door het enorme onrecht dat mij werd aangedaan volgens mijn gedeukte ego, zag ik rugby als méér dan “voor de leuk”. En dat verergerde toen mijn teamgenootjes vol energie mooie verhalen vertelde over hun ervaringen. Ik wilde dat ook!
Een wonderlijk begin
Het hele jaar had ik toegewerkt naar een nieuwe kans. Met steun van clubiconen als John Eikemans en Peter Dooijenburgh, die keer op keer duidelijk maakte dat er veel mogelijk was “als je er hard voor werkt” en me daar ook persoonlijk bij hebben begeleid. Eind 1996 kwam een nieuwe kans. Samen met teamgenoot en bestaand Oranjespeler Gerard Viguurs ging ik naar een selectiedag.
Al onderweg in de auto kreeg ik cruciaal advies van Gerard: “als ik jou was zou ik me inschrijven als wing”. Huh? Gefronst vroeg ik hem waarom ik niet mijn meer vertrouwde posities van scrumhalf of flanker zou kiezen. “Simpel”, vervolgde Gerard “er zijn veel goede scrumhalves en de concurrentie op flanker is te fors, gok ik”. “En met jouw tackle skills…” Auw.. Altijd eerlijk, die Gerard… “Geen zorgen. Gewoon zoals bij onze trainingen hard werken en je best doen. Ik zal je helpen!”
Ik schreef me in als winger, trainde hard, luisterde goed naar de trainers en mijn medespelers en toen we aan het einde van de dag in teams werden ingedeeld, koos ik snel het team waar Gerard ook in zat.
Gerard speelde die twee wedstrijden de sterren van de hemel. En hij maakte zijn belofte waar; hij hielp me. Bij verschillende acties die hij als full back startte, zocht hij me op en stelde hij me in staat in de aanval of verdediging mee te doen. Ik denk dat ik een keer of 5 wist te scoren… grotendeels dankzij zijn hulp! En het werkte. Ik mocht mee op trainingsstage naar Frankrijk, samen met 33 andere geselecteerden. Daar zouden de definitieve 23 spelers voor het WK bepaald worden.
Hard werk en een beetje geluk
Ik ben geen uitzonderlijk talent. Ik heb bij anderen dingen gezien, automatismen, natuurlijk inzicht of bizarre vaardigheden. Ik kan niet zeggen dat ik bij die groep behoorde. Ik moest het vooral hebben van hard werken en doorzetten. Dát en het geluk van een goed stel hersens waarmee ik geleerd had het spel goed te lezen en de ideeën van de trainers met succes uit te voeren binnen de lijnen. Of het geluk dat een enkele speler gedwongen af moest haken in het selectieproces. Geluk dus. Daarbij speelde dat ik op die leeftijd al zo’n 85kg woog. Niet afgetraind helaas, maar voldoende fit om die massa goed in beweging te krijgen en -weer dat inzicht en lezen van het spel- tijdig op de juiste plek op het veld te positioneren tijdens acties. En belangrijker, méér massa dan andere wingers, allemaal zo’n 60kg. Waar hun wapen snelheid was, bood ik massa. En dat paste in de plannen van trainers Erik Hengeveld en Gerrit Dekker. Het moment dat Erik mijn naam noemde als zijn nummer 11 zal ik nooit vergeten! Ik mocht mee!
Het tournooi
Op 19 maart 1997 vloog de selectie van Nederland, via Madrid naar Rio de Janeiro. Om na een korte stop de oversteek te maken naar buurland Chili.
Santiago, de hoofdstad van Chili, was een mooie, chaotische omgeving. Maar belangrijker, iedereen leek er rugby te spelen, kijken of te willen leren. De Chilenen waren hartelijk en gedurende de trip kreeg ons team al snel een groepje fans die ons hartelijk aanmoedigde tijdens wedstrijden. Wedstrijden werden uitgezonden op lokale televisiezenders en spelers geïnterviewd. Zo werd Gerard na zijn optreden tijdens de eerste wedstrijd (winst tegen Bosnië, 36-10) een lokale tv persoonlijkheid toen een schitterende try van hem werden uitgezonden diezelfde avond.
Ook wedstrijd twee, tegen Kroatië, werd gewonnen. Op 26 maart waren we te sterk voor de Kroaten, en wonnen we met 39-3.
De finale
Door onze winst en de resultaten van de andere poule, hadden we de finale bereikt. Tegenstander: Georgië.
Een vreemde gewaarwording, de finale van het WK… toegegeven, het betrof de C-poule (met Paraguay, Bosnië, Georgië, Andorra, Kroatië, Bulgarije, Nederland en Brazilië), maar alsnog voelde het niets minder dan dé titel! En promotie naar de B-poule, natuurlijk. Bovendien had Georgië zeer overtuigend gewonnen van Bulgarije en Brazilië. En om de setting nóg spannender te maken, zaten de tribunes propvol, o.a. met hoogwaardigheidsbekleders van de FIRA.
In een pittige 32 graden Celsius ging de wedstrijd van start. En Georgië had er zin in! Al na een paar minuten wisten ze te scoren, niet lang daarna gevolgd door een ongelukkige interceptie door Georgië tijdens een veelbelovende aanval van Jong Oranje.
De tweede helft zou voor ons worden! We kwamen terug tot 09-12. De laatste fase van de wedstrijd drukten we onze tegenstander in hun 22meter gebied. Bijna 20 minuten werd er gestreden om dat om te zetten naar een verdiende score… verdiend, maar niet gegund. Georgië hield stand, voor ons resteerde het verdriet.
Afdronk
De reis eindige -ondanks het verlies- met een glimlach. Niet alleen omdat we een leuk afscheid hadden van onze Chileense begeleiders en enkele trouwe toeschouwers. Maar ook omdat ons team de FIRA FAIR PLAY Prijs uitgereikt kreeg door de Chileense minister van Sport. Had ik het willen ruilen voor de titel? Direct! Zonder twijfel! Neemt niet weg dat het voor enige trots zorgde; de finale behalen met mooi, fair en goed rugby. Ook daar doe je het voor.
Terugkijkend…
Ik heb heb van mijn 8e tot mijn 30e gespeeld bij de mooiste club van Nederland. Met fantastische spelers en clubleden. Met promotie naar de Ereklasse, kampioenschap met het 2e team en -meer recent- af en toe ballen met de Golden Oldies of bij de afscheidswedstrijd van Bart Viguurs. Ondertussen was ik verhuisd naar het Oosten en heb ik daar nog 10 jaar gespeeld, in de 4e en 3e klasse. Soms tégen mijn vrienden van de Dukes. Soms wist ik ze over te halen om ook eens bij ons mee te doen (bedankt Joost!) of kwam iemand gasttraining verzorgen (thanx Simon!)
Mijn dank is groot
Ik sluit af met een woord van dank. Richting mijn clubgenoten bij The Dukes toen, die me enorm steunde en goed voorbereid hebben op de avonturen in de sport. En richting teamgenoot Gerard Viguurs, zonder wie het mogelijk heel anders gelopen was voor mij. Iedereen dus die mij het mogelijk hebben gemaakt misschien wel boven mijn feitelijke capaciteiten te presteren… oprecht dank!
Hartelijke groet
Joos van den Eerenbeemt
Word lid van onze online community en blijf altijd op de hoogte van het laatste nieuws!